, [], Ernst Axel Knauf, Vom Prophetinnenwort zum Prophetenbuch: Jesaja 8,3f im Kontext von Jesaja 6,1-8,16
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En ik was tot [7]de profetesse [8]genaderd, die werd zwanger, en baarde een zoon; en de HEERE zeide tot mij: Noem zijn naam [9]MAHER-SCHALAL, CHAZ-BAZ. 7. Dat is, tot mijne huisvrouw, aldus genoemd vanwege het ambt van haren man. Of, omdat zij mede ene profetes was. 8. Dat is, in de slaapkamer gegaan. Hiermede wordt eerbaarlijk te kennen gegeven de bijslaap van den profeet met zijne huisvrouw. 9. Zie boven vs.1.